Dit klinkt misschien als de eerste paar regels van een middelmatige roman of Zweedse krimi, maar het is slechts een beschrijving van mijn eerste uurtje als Stockholmare. Een klein half jaar heb ik de Zweedse hoofdstad mijn thuis mogen noemen, en als ik, nu ik terug ben in Nederland, zeg dat ik het “af en toe wel mis” is dat een understatement. Leuke vakken, docenten met een flinke dosis (slechte) humor en heel veel nieuwe vrienden. Misschien was het wel het snelste half jaar van mijn leven.
Dat laatste viel in het begin overigens wel mee. De eerste paar dagen waren vooral gevuld met acclimatiseren. Dat bedoel ik grotendeels letterlijk, want tijdens de winter in Zweden wonen is eigenlijk gewoon hetzelfde als wonen in een koelkast met een kapotte lamp. De figuurlijke kant hierin: ik ben tijdens mijn eerste vijf dagen in Stockholm drie keer naar de IKEA geweest omdat ik telkens weer iets miste in mijn studiootje in Vasastan. Ja, ik kon alles vast wel in de stad krijgen, maar Åhléns (soort V&D) is gewoon veel duurder en wonen in Zweden is van zichzelf al duur genoeg.
Daarnaast had ik niemand om op terug te kunnen vallen. Ik zal eerlijk zeggen dat ik me die eerste twee weken toch redelijk alleen voelde. Het missen van je vertrouwde vriendengroep hakt er soms wel even in. Na een week besloot ik de tijd anders op te gaan vullen. In plaats van een paar dagen had ik nu een half jaar om Stockholm te verkennen, dus had ik ineens tijd om de buitenwijken en voorsteden te zien. Ik pakte een spoorkaart uit de houder op mijn lokale metrostation, en begon af te strepen. Het duurde even, maar midden februari was elk station doorgestreept. Van Österskär tot Gnesta, en van Bålsta tot Solsidan. Dit is overigens wel echt een aanrader, zo zie je nog eens wat van de omgeving buiten de stadsgrenzen.
Inmiddels had ik wel wat mensen leren kennen en nieuwe vrienden gemaakt, vooral andere internationals die in dezelfde situatie als ik zaten. Tip: doe in de eerste paar weken aan alles mee, zo leer je mensen kennen. Op een blauwe maandag werd toen ineens het idee geopperd om de boot naar Helsinki te nemen. KYLLÄ! Minä haluan puhua suomea! Tätä me aiomme tehdä! (1) (Voor de context: één van mijn vakken in Stockholm was Finse taalverwerving). Een week later stonden ik, een paar mensen die ik al wel had ontmoet, één iemand die ik in de bus naar de haven leerde kennen en vier mensen die ik nog nooit had gezien bij de check-in automaat voor de Silja Symphony naar Helsinki. De Cruisegang. Over die trip ga ik niet veel verder uitwijken, want we zijn pas in de laatste week van februari: nog vier maanden om binnen twee pagina’s te bespreken…
Een maand later werd de Cruisegang de Copenhagang. Althans, de groepschat heette zo, maar in realiteit was het inmiddels gewoon the group geworden. Ik denk dat velen die op Erasmus geweest zijn dit kunnen beamen: in het begin voel je je alleen en af en toe verloren in een nieuwe stad, maar ineens is daar die vriendengroep die je niet meer uit je leven weg kan denken. Zo’n groep waarvan je het moeilijk vindt het leven zonder hen over een paar maanden voor te stellen.
Ander onderwerp voor ik te melancholisch word. Hoe kwam ik hier nou ook alweer terecht? Oh ja! Ik moest nog studeren! Waarom dacht ik dat het een goed idee was om Fins te leren vanuit een taal die ik, technisch gezien, ook nog aan het leren ben? Koska se on hauskaa. Siksi. (2) Maar zonder gekkigheid, ik maakte me in het begin nog enigszins zorgen over of ik wel mee zou kunnen komen met het Zweeds op de uni. Uiteindelijk viel het (voor mij persoonlijk dan) heel erg mee. Sterker nog, ik denk dat ik net zo veel Zweeds als Fins geleerd heb in die paar maanden. Slang en uitdrukkingen leer je niet uit een boek, daarvoor zal je toch een tijdje tussen de moedertaalsprekers moeten zitten.
Even terzijde, het was wel erg praktisch om Zweeds te kunnen. Ik geef toe dat in Scandinavië, zeker in de grote (studenten)steden, veruit de meeste mensen prima Engels spreken. Toch had ik er af en toe een streepje mee voor. Enerzijds is het gewoon makkelijk niet alle productnamen te hoeven vertalen als je om boodschappen gaat, anderzijds ook in wat belangrijkere situaties. Ik heb geloof ik voor vier verschillende mensen met de Vårdcentralen (soort GGD) aan de lijn gehangen en als er echt iets aan de hand is, is nieuws in het Engels soms schaars. En ik heb een paar keer iemands Duolingo-streak kunnen redden.
Goed, ik schrijf weer teveel. Misschien is het een beetje een anticlimax, maar dit verhaal heeft eigenlijk geen moraal. Ik kan wel heel uitgebreid uitweiden over andere tripjes naar Kiruna of Åland, of over Valborg vieren in Uppsala, maar hoewel dat absoluut super tof was, is dat niet wat ik het meeste mis of wat me het meest is bijgebleven.
Wat ik het meest mis zijn de mensen om me heen. Je wordt zo snel zo hecht met mensen die je een maand eerder nog nooit gezien had. Concreet voorbeeld: als mijn toekomstige zelf me in januari gezegd had dat in april iemand die ik nog niet kende mijn haar rood zou verven, had ik mezelf voor gek verklaard.
En wat mij het meest is bijgebleven? Niet het noorderlicht zien op Lappis Strand, Andreas Norlén ontmoetten of Zweeds babbelen in de supermarkt. Ook niet het klagen over de prijzen bij Systembolaget, de fameuze cruise naar Helsinki of vier punten scoren bij het shuffleboarden in Kopenhagen. Zelfs niet de spontane etentjes bij de Max, alle fika’s of de boottochtjes naar Vaxholm.
Wat mij het meest is bijgebleven zijn de wandelingetjes door de stad met iedereen.
Åh det var skönt när vår Stockholm var grönt,
Sakta vi gingo genom stan.
(1) Vertaling: “JA! Ik wil fins praten! Dat gaan we doen!”
(2) Vertaling: “Omdat het grappig is. Daarom”.