Vad fan zeg jij nou?!

Wie een Noordse film of serie kijkt, merkt al snel dat er niet geschroomd wordt om te vloeken en schelden. Ook in het Nederlandse repertoire wordt heel wat af gefoeterd, maar hoe wij ons uiten is anders dan bij onze noorderburen. Ook lijkt schuttingtaal in het noorden iets gebruikelijker te zijn dan hier. Hoe zit dat?
Afbeelding: Rick van Staten

Allereerst is het belangrijk om op te merken dat er oorspronkelijk een subtiel betekenisverschil zit tussen vloeken en schelden. Vloeken is het misbruiken van bepaalde (meestal godsdienst-gerelateerde) woorden. Schelden houdt in dat er beledigende of kwetsende woorden worden geuit. Anders gezegd: vloeken is wat algemener en schelden richt zich op een specifiek persoon of groep.
Tegenwoordig worden de twee termen als synoniemen gebruikt voor het uiten van grof taalgebruik en dat is ook in dit artikel het geval.

Even voor de duidelijkheid: niet alleen in Nederland en Scandinavië, maar over de hele wereld wordt grof taalgebruik gebezigd. Met welke termen en hoeveel er wordt gevloekt ligt per cultuur anders, maar de meest voorkomende onderwerpen wereldwijd om over te foeteren zijn seks, religie en lichamelijke afvalstoffen. De meest gangbare theorie over waarom we vloeken en schelden is dat het een respons is op pijn, zowel fysiek als mentaal. Een van de experimenten die deze theorie ondersteunt, is die met bakken ijswater. De proefpersonen werd gevraagd om zo lang mogelijk hun hand in een kom ijskoud water te leggen. De ene groep mocht erop los vloeken, de andere groep moest het netjes houden. Het bleek dat de vloekende groep het langer volhield dan de andere: de pijngrens komt dus hoger te liggen als je niet op je taalgebruik hoeft te letten en in de rondte mag tieren. Oftewel: als je vingers niet zo’n fan zijn van ijskoud water, of als je een papiersnee oploopt aan je schrift tijdens college, doet dat door een lekker potje vloeken ineens veel minder zeer.

Een mondiaal fenomeen is dat, met het Engels als wereldwijde lingua franca, er veel scheldwoorden en vervloekingen uit die taal worden overgenomen in andere talen. Denk maar aan woorden als fuck(ing), shit en alle bijbehorende variaties daarop. Het komt regelmatig voor dat talen naast het gebruik van de originele schrijfwijze hun eigen spelling geven aan de leenwoorden, zoals bijvoorbeeld het Noorse fakk en føkking. Ondanks dat het Noorse dritt, Zweedse skit, Deense skide, Faeröerse skittur en IJslandse skítur nogal veel weg hebben van het Engelse shit, is dat waarschijnlijk geen leenwoord. Sterker nog: sommigen beweren dat het woord afstamt van het Oudnoordse skjúta. Anders gezegd: de Engelsen hebben het misschien lang geleden juist van de noorderlingen geleend.

De meest populaire vloekwoorden i Norden zijn gerelateerd aan de duivel en de hel. De bekendste daarvan is waarschijnlijk fan/faen/fanden (duivel) en dit woord komt mogelijk uit het Fries, dat verwant is aan de Scandinavische talen. Niet alleen in de Germaanse talen van het noorden, maar ook in het Fins komen saatana en helvetti terug. Dat helse uitspattingen populair zijn onder de vloekende Scandinaviërs, ligt waarschijnlijk ten grondslag aan het wijdverspreide lutherse geloof. Ondanks het feit dat ook nu veel Scandinaviërs gelovig zijn en vloeken in het christendom over het algemeen niet wordt gewaardeerd, doen zij het er niet minder om: de Zweden zijn zelfs creatief met grof taalgebruik. Ze maken regelmatig aparte combinaties van meerdere (duivelse) verwensingen, dus je hoeft niet op te kijken van samenraapsels als helvetes jävla skit en dergelijke krachttermen

Afbeelding: Rick van Staten

In Nederland hangen de woorden waarmee wij foeteren ook sterk samen met religie, alleen wordt in ons kikkerlandje de woede meer op God gericht in plaats van op de duivel. Je hoort hier over het algemeen eerder godverdomme dan verduveld. Waar de Nederlanders al helemaal dol op zijn – en wat in Denemarken ook sporadisch voorkomt – is het schelden met ziektes. Kraftedeme, een verbastering van kraft æde mig (vrij vertaald: moge kanker mij opvreten), is een nogal sterke term in het Deens die je niet iedere dag zal tegenkomen. De Nederlanders worden wat vloeken met ziektes betreft echter net zo creatief met samenstellingen als de Zweden met de duivel, en zijn ook niet bang om het eruit te gooien. Voorbeelden hiervan heb je vast al eens gehoord; misschien wel uit de mond van een ras-Amsterdammer die bijna van zijn sokken gereden wordt.

Er zijn ook een aantal verschillen tussen de Nederlandse en Noordse vloekpartijen. In Zweden bijvoorbeeld wordt ook wel eens heel netjes frustratie geuit met getallen als sjutton of tusen, terwijl je dat hier eigenlijk niet hoort: hooguit in combinatie met andere woorden, zoals in (ouderwetse) uitlatingen als duizend bommen en granaten nog aan toe! Daarentegen hoor je in Nederland veel scheldwoorden die geslachtsgebonden zijn of met genitaliën te maken hebben – waarvan kut(wijf) en lul waarschijnlijk de bekendste voorbeelden zijn – maar die worden in het noorden als zeer ongepast beschouwd. Onder de jeugd worden seksuele scheldwoorden als fitta, kuk en hora echter steeds populairder, al is de oudere garde daar dus niet van gediend.

Maar is er niet sowieso bezwaar te maken tegen vloeken? Sommige mensen kunnen immers aanstoot nemen aan grof taalgebruik, vooral als het persoonlijk wordt. Het hangt echter wel af van de situatie waarin en tegen wie het gebruikt wordt. Tijdens een sollicitatiegesprek zeg je niet zo snel dat je fucking enthousiast bent, want dat komt niet zo professioneel over. Ook aan de telefoon met oma zal je misschien niet zo snel vloeken, tenzij je oma zelf natuurlijk net zo hard meedoet. Voor sommige Scandinaviërs is het heel normaal om in huiselijke sfeer milde vloekwoorden als fan gewoon te gebruiken. Net als in Nederland verschilt dat echter per gezin. Je zou ter verdediging van het vloeken kunnen zeggen dat sommige scheldwoorden door het veelvuldige gebruik hun originele betekenis zijn verloren en daarom niet meer zo aanstootgevend zijn. Het is als het ware een tussenwerpsel geworden en heeft, in het geval van een religieus scheldwoord, inmiddels niets meer met het geloof te maken. Je bent dus niet echt God aan het verdoemen, maar gewoon boos dat je je kleine teen hebt gestoten.

Vloeken wij dus echt beduidend anders dan onze noorderburen? Ja en nee. Wij vloeken dan wel met andere termen, maar wat betreft de hoeveelheid en regelmaat waarmee gevloekt wordt lijken de Nederlanders en Scandinaviërs redelijk gelijk op te gaan. Er zou een uitgebreide studie op losgelaten moeten worden om de daadwerkelijke verschillen aan te tonen in zowel het vloeken zelf als hoe ernaar gekeken wordt. Maar tot die tijd zullen wij zelf een inschatting moeten maken of vloeken gepast is of niet. Let daar dus zelf ook een beetje op als je naar Scandinavië gaat: met grof taalgebruik vindt de één je een held, maar bij de ander maak je er geen vrienden mee.

Geschreven door